Het inburgeringstraject, dat sinds januari 2024 onder toezicht staat van de GGM (via Vivalis), wordt verder uitgevoerd in een context die wordt gekenmerkt door:
- De volledige toepassing de verplichting om een traject te volgen vanaf juni 2022.
- De uitbreiding van de doelgroep naar alle buitenlandse personen sinds eind 2022 legaal verblijf.
- De algemene verzadiging van het inburgeringstraject in 2024
De invoering van een wachtlijst vanaf eind 2023 heeft tot doel deze verzadiging op te vangen en de toegang voor prioritaire doelgroepen te behouden.
In 2024 werden 5.352 personen toegelaten tot het inburgeringstraject, stroom vertegenwoordigt een daling met 15% ten opzichte van het jaar voordien. Die daling wordt verklaard door de invoering van een wachtlijst eind 2023.
Bij de personen toegelaten :
- 63 % zijn verplichte nieuwkomers
- 20 % zijn buitenlandse personen
- 17 % zijn rechthebbende nieuwkomers
Op het niveau van de BAPA’s, zien we verschillen in de verdeling van de categorieën van begunstigden. Terwijl de prioritaire doelgroep in 2024 meer dan de helft van de toelatingen van de drie BAPA’s vormen, is die doelgroep veel groter bij BAPA-BXL (82% van de toegelaten dossiers) dan bij VIA (57%) en Convivial (52%). Bij VIA vertegenwoordigt het aandeel rechthebbende nieuwkomers nog een vierde van de toelatingen, terwijl het aandeel van de buitenlandse personen groter is bij Convivial.
Op 31 december 2024, 6.013 actieve dossiers en 826 niet-prioritaire personen op de wachtlijst. In 2024 was die drempel in december bereikt met 6.007 actieve dossiers, terwijl het gemiddelde van de stock actieve dossiers elke dag van het jaar (5.600) onder de verzadigingsdrempel blijft (6.000).
- In 2024 zijn vrouwen nog steeds de meerderheid in het traject, met 60% van de toegelaten doelgroep tegenover 40% mannen
- De top tien nationaliteiten van de in 2024 toegelaten doelgroep toont twee dominante nationaliteiten in het traject: de Marokkaanse (22%) en de Syrische (11%). Personen uit Guinee staan op de derde plaats en hun aantal is gestegen sinds 2022.
- De evolutie van de socioprofessionele situaties van de sinds 2017 toegelaten doelgroepen vertoont een tendens naar de concentratie rond twee tegengestelde situaties: werkende personen en personen zonder inkomsten. Dit jaar blijven de begunstigden met minstens een diploma secundair onderwijs (of gelijkgesteld) de meerderheid (46%), maar de ondergediplomeerde doelgroep vertegenwoordigt meer dan een derde van de doelgroep (36%). Blijkt dat de buitenlandse personen vaker ‘ondergediplomeerd’ blijven en vertegenwoordigen 42% van die doelgroep.
- Op sociaal-juridisch vlak is gezinshereniging de belangrijkste reden voor verblijf (60%). Worden de verblijven van beperkte duur de meerderheid en vertegenwoordigen nu 55% van de doelgroep (+ 8 pp).
- Een relatieve ‘ruimtelijke decentralisatie’ sinds de wetshervormingen met versterking van de gemeenten van de tweede kroon.
Wat betreft het volgen van het inburgeringstraject in zijn verschillende fasen :
- 949 sociale balansen gerealiseerd door de drie BAPA’s
- 898 taalbalansen gerealiseerd: waarvan 99,5% (of 4.875 balansen) in de drie BAPA’s en 23 bij het Huis van het Nederlands. Meer dan de helft (52%, 5.548 begunstigden) al over het vereiste taalniveau (A2).
- 171 modules Rechten en Plichten (RP) georganiseerd, met 908 totaal begunstigden in hun modules. De daling wordt met name verklaard door maar hoofdzakelijk door de fusie van de modules RP met de opleidingen over burgerschap in modules 60 uur.
- 173 modules ‘opleiding burgerschap’ georganiseerd, , of 42 modules meer ten opzichte van 2023 (+ 32%). De overgrote meerderheid van de modules, namelijk 136 modules (79%), werden gegeven in het klassieke formaat van 50u en de overige 37 werden voorgesteld in lang formaat van 60u.
- 115 attesten van beëindiging van het traject afgeleverd, tegenover 2.526 in 2023, of een stijging met 23%, en bijna het dubbele van 2022 (+98%).
In 2024 bereikte het inburgeringstraject een ongekend verzadigingsniveau, ondanks de invoering van een wachtlijst en de uitbreiding van de opvangcapaciteit. Hoewel de opleiding over burgerschap zijn versterkt, blijven ze ontoereikend om het systeem te ontlasten. De druk op de teams neemt toe, met name door de administratieve rompslomp en de toenemende complexiteit van de profielen van de begunstigden. Zonder structurele en budgettaire aanpassingen dreigt de verzadiging zich vanaf 2025 uit te breiden naar de prioritaire doelgroepen.